Groen Geel zaterdag 1 trad afgelopen zaterdag op Corponello aan tegen goede buur SC Stadspark. Toen de kruitdampen na ruim 90 minuten waren opgetrokken, stond er 5-0 op het niet-aanwezige scorebord. Vijf goals, doelman Indy Roode de nul en spelverdeler Erik Nederhoed in het veld. Nederhoed mocht voor het eerst sinds februari weer minuten maken. Hij kwam geblesseerd over van Be Quick 1887 (zondag), maar kwam om één reden naar Groningen-Zuid: Maarten Ernsten. Deze donkerharige fysiotherapeut staat tot ver buiten Groningen bekend als zaligmakend heelmeester. Probleemkinderen als Johan Molenaar en Jorco van Hezel dartelen over het veld. Alle 17623 kleine pijntjes van Eric van Sprundel kneedt hij in een handomdraai weg. En zelfs Rick Lommerts was vorige week een helft fit. (Dat hij nu logischerwijs wederom wekenlang moet toekijken doet er niet toe.) Maarten Ernsten had hem fit. Heel even. Terug naar Nederhoed. Van augustus tot een dikke week geleden was Ernsten met hem in de weer. Speedladders, futuristische oefeningen, microgolftherapie, thermotherapie, lymfedrainage, tractietherapie: alles werd uit het multidisciplinaire brein van Ernsten gehaald. ‘Ik zie vaak de ernsten van de zaak in’, aldus Maarten.
Vanaf de zijkant gaf hij zaterdag het bevestigende knikje naar leidsman Neal Haan, die – helaas voor Boike en Nanne – het nog te warm vond voor zijn befaamde bodywarmer. Haan stak zijn arm in de lucht naar Nederhoed, die in een uithoek van het veld zijn mooie hamstrings aan het stretchen was, onderwijl lieflijk kwebbelend met buuf út Vinkhuizen. Koen Olde Monnikhof ging naar de kant. Hij liep in een sukkeldrafje, zodat alle aanwezigen goed konden zien wat er ging gebeuren. De levenswandel van een mythe. Nederhoed laat een klein boertje. In het voorbijlopen ruikt Olde Monnikhof de nawee van de haring die Nederhoed rond het middaguur wist te verorberen. ‘Beter rapen aan eigen dis dan elders vlees of vis’, grapt Nederhoed zijn kompaan Olde Monnikhof na. Nederhoed komt, ziet en overwint. Brengt gogme. Elan. Rust. Een grote speler, zal middenveldcompagnon Haaye Feenstra, onder het genot van een Ijwitje, later toegeven.
4-0 staat het als Nederhoed erin komt. Bij rust is het al 3-0. De krachtsverschillen zijn enorm. Stadspark is net als Groen Geel een tikkeltje gehavend. Bij de thuisploeg ontbreken eerdergenoemde Rick Lommerts. Jelle Teitsma zit voor werkzaamheden in Rotterdam, Nick Kamst kauwt zonder kauwgom in Amsterdam en alleskunner Rik Spekken (‘Ik verwacht dat ik tegen LTC op 10 sta.’) viert het 10-jarig jubileum met zijn blonde Berber in De Gouden Stad: Praag. Neal Haan behoeft echter geen puzzelwerk, want hij kan het zich zelfs permitteren om Danny Kok en Peter Kersing met het 2de mee te laten doen. Op linksback is Ruben Ludwig een revelatie. Hij schakelt zijn directe tegenstander en gaat met regelmaat over flankenflitsers Tonnis de Vries heen. De 1-0 van oud ACV’er Thomas Metzemaekers is om door een ringetje te halen. Vanaf een meter of 30 schiet hij het leer fraai in de kruising. De 2-0 komt van de bebaarde Jos de Jong, die – en dat is knap – in dit eenzijdige duel tóch een geel kaartje weet te pakken. ‘Onnodig’, vindt Ruben Ludwig. Nog voor rust valt de 3-0 en het is wederom Metzemaekers die op excellente wijze raak schiet.
Tijdens de pauze staan de jongens van het 2de er verslagen bij. Ze hebben met 1-5 billenkoek gekregen van NEC Delfzijl en dat doet pijn. Thomas Meenken denkt eraan om naar huis te gaan, maar blijft nog even. Ook hij heeft gehoord dat Erik Nederhoed naar alle waarschijnlijkheid binnen de lijnen komt. Een halfuur later, terwijl Rythm As A Dancer van Snap genotvol door de krakende speakers scheert, is het zover. De 4-0 is dan al gemaakt. Niemand minder dan Tonnis de Vries heeft weten raak te prikken. Zijn eerste van het seizoen. ‘Ik had drie assists op mijn naam kunnen hebben, maar Kersing gunt mij weinig.’ Maar dan, ja dan, gaan alle handen op elkaar. Teammanager Jeroen Schut van Stadspark klapt zelfs keihard mee. Hij kent Nederhoed nog vanuit de jeugd van Be Quick. ‘Een klasbak. Onhandelbaar als er wat alcohol ingaat, maar binnen de lijnen een stabiele factor.’ Stadsparkers Wouter van Dijk en Gerard Hut hebben de handen evenzo op elkaar. Zij maken mee wat iedere andere jonge jongen tevens wil meemaken. Van dichtbij een legende ruiken. Welhaast voelen. Enkele minuten na de wissel geeft Nederhoed enkele aanwijzingen aan de doorgaans oncoachbare Mike Hoeksema. Pardoes maakt Hoeksema de 5-0. Hij sprint stante pede naar zijn leermeester. Een mooi moment. Terwijl God en zijn volgeling teruglopen naar de eigen helft, fluistert Hoeksema zijn allesomvattende voorbeeld iets toe. ‘Ik heb wel een slaapplekje voor jou en buuf over, Neder.’ De rest is geschiedenis…