Een bleek straaltje zon valt door de net aangeschafte jaloezieën. Hij werpt een vluchtige blik op de wekkerradio, ook nieuw. Half acht. Een even vluchtige blik op de andere kant van het bed leert hem dat zijn vriendin nog steeds naast het ligt. Ze maakt licht smakkende geluiden en vlijt zich genoeglijk naast zijn ontwakende lichaam.
De zeurende pijn in zijn hoofd is deels alcohol, deels het besef van een verloren leven. Ambassadeur bij de VN, filosoof in Kazachstan, leraar Engels in Colombia, hij had het allemaal kunnen zijn. Maar hij is het niet. Hij zit in Groningen. In een woning vol samen gekocht meubilair. Een onaangesloten LP speler staat als een testament van verloren mannelijkheid in een hoek.
Zijn werkweek was niet anders dan anders. Vijf beleidsstukken waarvan er vier nooit door meer dan twee mensen gelezen zullen worden. Een oeverloze discussie over het toekennen van een provinciale subsidie aan een buurthuis in Pieterburen en koffie, heel veel koffie. Maar dan dringt door de sluimer van zijn hoofd een besef door, het is geen werkdag, het is zaterdag. Hij veert op, duwt zijn nog snurkende vriendin aan de kant en maakt een vreugdesprongetje de slaapkamer uit.
Spelen bij de Knickerbockers, in de zon, met jouw team. Is er een mooier podium? Niet voor hem. De core is stabiel, de huid is gebronsd en het bandje gaat in het haar. Cruyff zei het immers al: “Voetbal speel je met je hoofd”. Dan de opstelling. De coach doet hem soms aan zichzelf denken. Alsof iemand in vage pennestreken zijn toekomst heeft geschetst, een kind, een doorzonwoning, een Renault Megane. Snel schudt hij deze gedachten van zich af. Tijd om te shinen. De opstelling kan ieder moment voorgelezen worden. Zou de coach het eindelijk zien? Zou hij eindelijk zien dat hij een middenvelder is? Een geboren nummer tien? Nee, de coach ziet het niet.
Weer linksback. Het maakt niet uit, in ieder geval basis. De scheidsrechter fluit. De studenten zijn onmachtig. Groen Geel niet. Zaterdag zes speelt misschien wel de beste helft van het seizoen. Hij speelt onnavolgbaar. Hij is linksback, linksmid, linksvoor. Overal als het maar links is. Ballen gaan door benen, handen door haren, versnellingen gaan langs de lijn. Toeschouwers slaken kreten van verruking. Er volgt geen doelpunt, geen assist. Dat hoeft niet, daar heb je Freek voor. Hij speelt niet voor de statistieken. Hij speelt voor het publiek. Hij speelt voor zijn verloren dromen. Hij speelt fantastisch.
Hij heeft het laten zien. Linksback is ook maar een concept.