VIBOA uit
Winsum, 13 februari 2016 –
Sommige voorvallen of gebeurtenissen in een mensenleven wil je liefst zo spoedig mogelijk vergeten. Dat knappe meiasje in VWO4 die jou dumpte toen een klasgenoot van het kaliber Matthijs Eppinga om de hoek kwam kijken. Die keer dat je in een kroeg, terwijl je eigenlijk weinig had uitgevreten, een dreun op de kaken kreeg van een boerenpummel met het postuur van Neal Haan. Of die zondag dat je ontiegelijk brak op het verjaardagsfeestje van je verbitterde oma moest aantreden. Op amateurvoetbalgebied zijn dergelijke aangelegenheden onuitputtelijk. Dramatiek in hapklare brokken. In de nadagen van mijn voetbalbestaan kan er weer eentje aan het lijstje worden toegevoegd. VIBOA uit, deel zoveel inmiddels. Ik won er nog nooit.
Nieuwsgierigheid is goed en dus keek ik afgelopen weekend op de site van Weekendjeweg. Het geritste woord dat sinds enkele weken zo nadrukkelijk is verbonden aan Groen Geel 1. Waar een seizoen terug – net als de punten – de weekendjesweg niet waren aan te slepen en jongens als Eppinga en Veldhuis vrijuit konden genieten van hun leven als Bourgondiër, daar heerst nu een uitgaansverbod buiten de IJzeren Groninger Muur, een verbastering van de Berlijnse Muur en het IJzeren Gordijn. Of Groningse, gezien de onmiskenbare rol van vrouwlief in het geheel. In Winsum kreeg ik derhalve nul op het rekest. Geen hotel, geen Bed & Breakfast, laat staan een zolderkamertje via Airbnb. Ofwel, in Winsum is simpelweg bitter weinig te doen. Net als de route naar het afgelegen dorp zijn de omstandigheden welhaast vooroorlogs. Oude huizen, verlaten wegen, vrouwen op klompen, loslopende geiten op de weg, gehuchten met twijfelachtige namen als Adorp en, jawel, Harssens. En alsof je langs de route op het aantal tegendoelpunten van ons vlaggenschip wordt gewezen, zo gezapig is de opbouw in het aantal kilometers per uur. 30, 50, 70. Er komt geen eind aan.Runner-up Groen Geel 2 mag het opnemen tegen VIBOA 3. Een team vol oude helden uit vervlogen tijden. Marcel Tillema, Robbert Slob, Neil Judkins. De balans na een middag in Winsum is temet logischerwijs armzalig.
In aanloop naar deze hel was het ouderwets puzzelen voor de afwezige trainer, leider en aanvoerder. Een keeper op doel, een andere keeper op linksbuiten. Blessures, schorsingen en weekendjesweg bij 1 én weekendjesweg bij 2 zagen het bonte gezelschap worden opgevuld met basserolen als Beki, Vinnie, Gerrevink en Van Polen. Jongens, sorry dat jullie dit moesten ondergaan. Zo’n lieve, knappe jongeman als Vincent Neef is een dergelijk debacle niet waard. En om nog even terug te keren naar Van Polen: hij kreeg eind tweede helft de handen van het niet-aanwezige publiek op elkaar na de uitvoering van een koket hakje. Leuk feitje. Winsum heeft één partnergemeente, namelijk Lubraniec uit Polen. Sportpark Schouwerzijlsterweg voelt evenzo Pools aan. Koud, regenachtig, guur, heidens, conservatief en omringd door een tegenstander die de botte bijl niet schuwt. Na een gemiste pingel wilde aanvoerder Niek per se dat doelman Peter Bergsma alsnog ging vissen. Hands, tweede pingel, 1-0. Vlot daarna werd het 2-0 na wat dekkingsfoutjes na een corner. Op aangegeven van Sander Veenstra maakte Jelle Teitsma de 2-1. Normaliter goalie Veenstra was dus goed voor in ieder geval één goede bal, dit in tegenstelling tot zijn niet nader te noemen collega aan de andere kant. Groen Geel was even heer en meester, waarbij met name de middenvelders Vincent Neef, Walter Hartlief en Leon Haan het op hun versleten heupen hadden. Een verademing om Hartlief en Haan, na máánden blessureleed, weer op het veld te zien struinen. Het sterke kwartiertje was nochtans veel, maar dan ook echt veel te weinig om aanspraak te mogen maken op een punt of meer. Verdedigend geknoei leidde de vroege beslissing in. Neil Judkins lepelde vanaf de zijkant schitterend raak, 3-1.
De tweede helft was als Cambuur tegen Feyenoord. De lamme tegen de blinde. Twee graden boven nul, een paar kansjes, een barslecht veld, nare grens, verwarde scheids en zelfs momenten die je zelden ziet in het 2de, zoals een dolende Assen, foute passes van Brandsma en een weinig opkomende Schoorlemmer. “Nou, dit was ‘m weer. VIBOA uit”, aldus Niels Cremer. Je ondergaat het en aanvaardt het. Liefst niet elk jaar, maar meestal wel. In augustus volgt de competitie-indeling. VIBOA uit. Het is als middenin de nacht ontwaken en hoognodig moeten zeiken. Je wilt niet, maar je gaat toch. Zo was het zaterdag evenzo. Alweer. Na een lauwe douche met tegensputterend water loop je terug naar de auto. Je kijkt nog eenmaal achterom en bedenkt je dat het sowieso niet erger kan dan hetgeen wat je deze middag hebt meegemaakt. Waarna de geschiedenis zich een jaar later weet te herhalen.
VIBOA uit, you Winsum, you lose some.
